Uitvogelen
Een gestructureerde methode voor reflectie
Hoe
Noodzakelijke informatie
Je gaat in de header (keuzebalk) op zoek naar je eigen schaduw, je wonden, je demonen. Je gaat je verdriet, je boosheid, angst of je trauma in de ogen kijken. Dat is zwaar en omdat het ook heel eenzaam kan voelen zou het natuurlijk fantastisch zijn als je dit samen met iemand kan doen die je vertrouwd, maar je kunt het ook alleen.
Je zou de header bijna kunnen zien als een fruitmachine, al gaat het hier niet om gokken maar wel om ze "op een rijtje" krijgen. Je gaat werken aan dezelfde kleuren/plaatjes bij elkaar. Heb je ze gelijk dan is het tijd voor visualiseren maar niet eerder.
Je kunt het klein houden, dan blijf je helemaal boven in de keuzebalk en zoek je naar samenhang. Je kunt ook alles gaan lezen maar op zich is dan niet nodig.
Pas wanneer je samenhang gevonden hebt in de 4 variabelen kun je door naar de pagina visualiseren.
Je doet dit alles binnen natuurlijke wetmatigheden en met de maximale vrijheid.
Je gaat je eigen invulling geven en zoekt in het ABC schema naar jouw samenhang bij jouw probleem zodat de angst om er naar te kijken verdwijnt en er ruimte komt voor nieuwe ideeën.
Hoe kun je werken aan bewustwording.
​
Bewustwording gaat gepaard met weerstand.
Meestal ligt er een emotie die je niet wilt voelen. Een emotie die biologisch zinvol is geweest en je nu nog steeds instinctief weghoudt bij gevaar of je in complete focus houdt.
Natuurlijke gevaren en relaties hebben een andere betekenis gekregen. In de evolutie zijn we onze frontale hersenen gaan ontwikkelen. Hiermee kun je voorstellingen kunt maken, imagineren. Iets bedenken.
​
Imagineren
Wanneer je iets kunt bedenken ligt de mogelijkheid om het te creëren alweer een stuk dichterbij. Voor de mens is hiervoor 40 % van zijn hersencapaciteit beschikbaar, voor een chimpansee 14 en een hond 7%.
Imagineren (je iets voorstellen) ligt in de toekomst, herinneringen (zenuw/zintuiglijke ervaringen) liggen in het verleden. Beiden geven beelden waar we naar kunnen leven. De neurologische werking van herinneren of imagineren is hetzelfde. Voor de mens met nare of gevaarlijke herinneringen brengt dit vaak mee dat ze de onbewuste beelden van hun geschiedenis gaan herleven. Voor mensen die een gelukkiger jeugd hebben gehad zijn die beelden vaak veel positiever. Zij kunnen ook voor de toekomst, onbewust leven naar de beelden uit het verleden. Ook als ze geen bewuste keuzes maken of wanneer de weerstand te groot is om naar onbewuste patronen te kijken. Mogelijk heeft zelfs het imagineren van je moeder tijdens jouw zwangerschap van jou invloed gehad op hoe jij je bent gaan vormen. Vraag eens na hoe de conceptie was, de zwangerschap en de bevalling... In welke sfeer was de conceptie... Misschien kan het je inzicht geven over waarom jij geworden bent wie je bent.
​
Ongemak
Patroon verandering geeft altijd een gevoel van ongemak. Wanneer je andere keuzes voor de toekomst wilt maken wordt je blauwdruk met weerstand belangrijk. Je blauwdruk bestaat uit de beelden die je in de loop van je leven hebt opgeslagen.
Laten we zeggen dat die beelden je niet meer vooruit helpen en je eigenlijk toe bent aan een nieuwe set beelden :)
In dat geval zou je kunnen gaan imagineren/visualiseren. Je dus voorstellen wat er allemaal nog meer mogelijk is. Echter als de oude beelden beladen met boosheid, angst of verdriet niet “opgeruimd” zijn gaat de pret niet door. Oude beelden waar je onbewust in geloofd krijgen altijd voorrang op nieuwe beelden omdat die oude beelden diep opgeslagen instinctief je zullen beschermen voor het gevaar wat ermee gepaard ging. Je kunt je dan dus het leplazarus imagineren maar er gebeurt niks anders dan wat er altijd al gebeurde.
Dus is bewuste verandering van het zelf organiserend systeem nodig. Het systeem moet er op gaan vertrouwen dat het veilig/ vertrouwd/ goed of fijn is.
Wanneer je jezelf observeert ontstaat er bewustzijn tot het moment van weerstand. Daarom begin je in de methode uitvogelen met de hoogst mogelijke abstractie. Dat is de meest veilige weg naar de minste weerstand is. Je zoekt naar de energie richting op losse onderdelen.
Deze energie is A naar buiten gericht, B ongedefinieerd of C naar binnen gericht.
(Vuist, strakke hand, slappe hand).
Omdat dit een gefragmenteerd beeld geeft zal dat de minste weerstand oproepen. Wanneer je deze energie richtingen samenhangend kunt krijgen in combinatie met die lastige situatie word je “bewust” en zul je je oncomfortabel voelen.
Het schema wat je volgt bestaat uit een probleemsituatie, lichamelijke reactie, emotie, denken en gedrag.
​
Toekomst
Elk gedrag wordt voorafgegaan aan een beeld of woorden in je hoofd. En elk denken wordt voorafgegaan aan een emotie. En elke emotie wordt weer voorafgegaan aan de verwerking van voorgaande ervaringen met ook weer lichamelijke reacties.
Bewustwording van dit proces kan je losmaken van je aangeleerde instinctieve respons en je gevoelens gebaseerd op (negatieve) ervaringen uit het verleden.
Het kan de tegenstelling tussen gevoel en rede overbruggen omdat het je de mogelijkheid geeft beelden voor de toekomst te maken. Beelden voor de toekomst geeft je openheid voor de mogelijkheden die je kunt grijpen. Je wordt een magneet voor de beelden die je hebt gecreert. Je kunt de beelden die geweest zijn anders gebruiken. Daar waar bewustzijn is kun je imagineren naar de toekomst.
Neurologisch staat dit geïmagineerd beeld gelijk aan een herinnering.
Je kunt verantwoording nemen voor de wereld die je creëert. Je kunt aan je eigen knoppen draaien en verantwoording nemen.
​
Praktisch
​
Je gaat 4x eenzelfde kleur/letter bij elkaar zoeken.
Je onderzoekt in je lichamelijke reactie, emotie, denken en gedrag naar eenzelfde kleur/letter om de (on)samenhang in je probleem te herkennen en kunt gaan werken aan "voelen wat je voelt".
En "voelen wat je voelt" is dan een liefdevolle overgave i.p.v. een onmacht om het nog tegen te houden.
Onder de hoofdkopjes hangen de ABC keuzepagina's.
Vooralsnog doe je dat met "oordeel uit en aandacht aan".
Doel is het zoeken naar de belemmering die de gewenste uitkomst voorkomt.
Samenhang leidt meestal tot inzicht en inzicht leidt tot keuzes.
Keuzes geven vrijheid en dat kan weer leiden tot oplossingen.
Je leert...
Hoe je ervaring je lichamelijke reactie aanstuurt.
Hoe je lichamelijk reactie je emotie aanstuurt.
Hoe je emotie je denken aanstuurt.
Hoe je denken je gedrag aanstuurt.
En dan weer hoe je gedrag je ervaringen aansturen...
​
Het leren herkennen, erkennen, doorvoelen en begrijpen van je patroon maakt bewuste inzet mogelijk.
Je krijgt een methode aangereikt om te reflecteren op je "onschuld". Het licht gaat aan en het spook in de slaapkamer verdwijnt. Andere mogelijkheden worden zichtbaar.
​
Als je snapt wat er in jou gebeurt krijg je het besturingssysteem in handen en kun je een negatieve ervaring ombuigen naar positieve ervaringen.
Zonder bewustzijn op je probleem werk je als in het herschikken van de stoelen van de Titanic.
​
Bij elk onderdeel (lichamelijke reactie, emotie, denken en gedrag) is er hier sprake van 3 keuzes A, B, C.
Op elk onderdeel kun je naar het eindpunt van een polariteit/dualiteit. Het is meer het een dan het ander. Die dualiteit kan in de eindfase een non-dualiteit geven. De tegenpolen zitten beide in je.
Die tegenpolen zitten achter de letters A, B van C in de kleuren rood, oranje en geel.
Je zoekt steeds 4x een rode A, 4x een oranje B of 4x een gele C serie bij elkaar tot een patroon.
Dikke kans dat je verschillende letters gaat scoren. Zorg dan dat je ook op die afwijking een kloppend patroon maakt.
Je kijkt in eerste instantie als het ware door een rietje naar een film op breedbeeld t.v. om v.v. steeds meer samenhang in de film te zien.
Aanvullende informatie
De mens heeft miljarden patronen.
In je hersenstam zitten de basispatronen om voeding, slaap, hartslag en bloeddruk aan te sturen.
In je kleine hersenen zitten de basispatronen om je vorm en stevigheid als botten, pezen en bindweefsels aan te sturen.
In je Neo cortex zitten de basispatronen om je zenuwen en zintuigen aan te sturen.
Die patronen horen allemaal samen te werken in lichamelijke reacties, emoties, denken en gedrag.
In dit schema leer je te her-inneren, her-beleven, her-kennen, her-scheppen....
Wanneer die patronen ontregeld worden of wanneer ze ontregeld zijn zal je lichaam daarop reageren.
​
We hebben veel gezamenlijke eeuwenoude patronen, individuele, sommige krijg je door van je familie maar misschien ook van een straat, een dorpsgewoonte, een streek of provincie en misschien zelfs natie of Keltische/Aziatische gewoonten....
​
Een ervaring zal een patroon starten. Het maakt voor het lichaam niet uit of dit positief of negatief is.
Er is gewoon een bepaalde reactie nodig.
Of er energie nodig is om weg te rennen van gevaar of voor de grap iets gevaarlijks te doen maakt lichamelijk niet uit.
Op het verwerkingsmoment van een oude ervaring zal je lichaam reageren met een herstelactie (die je kunt ervaren als ziekte).
​
Je kiest (in de keuzebalk bovenin of onderaan) 1 van de A, B, C opties die er voor dat onderdeel zijn.
Door 4x dezelfde letter te zoeken brengt het systeem je steeds weer terug naar dat patroon.
Daar waar je onbewust geneigd bent zijpaadjes te nemen brengt het systeem je weer terug op de snelweg.
Je kunt dus tegelijk aan meerdere patronen werken.
Elk patroon heeft 4x eenzelfde letter en een bijpassend probleem/uitdaging.
Heb je er een andere kleur/letter bij dan zit er dus ook nog een ander patroon bij en dus een andere emotie of lichamelijke reactie.
Dat patroon bestaat uit een situatie met 4 onderdelen van 3 kleuren/3 letters.
Hoeveel patronen je moet onderzoeken hangt af van het aantal verschillende letters en de juistheid van je probleemformulering.
​
Soms is dat wat je als probleem formuleert eigenlijk datgene waar je "stiekem" bewondering voor hebt.
Of dat probleem is wat je juist je identiteit geeft en blijkt dan toch niet je probleem te zijn...
Of je komt erachter dat alle schuld en schaamte vals was en een kind misschien helemaal niet schuldig is...
A B C
A
Boos blij
Zenuw zintuig
B
Bang opgewonden
Bind, bot en beenweefsel
C
Verdrietig tevreden
Spijsvertering stofwisseling
De spieren in je hand worden daarbij je leidraad (maar je neusvleugels of tenen kunnen dat ook zijn).
In je hand kun je voelen of jouw emotie klopt bij je gedachte.
Een slap handje past niet bij woede en een vuist niet bij verdriet.
​
Energie die zich ophoopt wil naar buiten en daar waar jouw energie opraakt wil je weer opladen.
Het helpt om een beetje "dierlijk" te denken... wat is het meest natuurlijke, het meest {bio} logisch.
Werk op papier. Schrijf je gedachten op zodat je er naar kunt kijken.
Je gaat via het schema (in de keuzebalk) uitvogelen hoe het bij jouw werkt.
​
1 Je start met het opschrijven van de situatie waar je aan wilt werken.
Daarna beschrijf je wat je graag zou willen.
Je wens of verlangen.
Het verschil tussen die situatie en die wens is je probleem.
Dan formuleer je je probleem (het liefst in 1 zin) en maakt eventueel een keus in de A, B, C opties.
​
2 Je onderzoekt welke lichamelijke reactie je bij die situatie hebt, welke emotie je voelt, welke gedachte en welk gedrag je daarbij hebt.
Hier kies je steeds weer een A, B, C optie.
​
3 Je onderzoekt hoe oud je was, welk oordeel en welke behoefte je daarbij hebt/had en of je wel aan je (eigen) probleem gewerkt hebt.
Ook hier kies je weer een A, B, C optie.
​
4 Je visualiseert een nieuwe situatie.
Ook hier kies je weer een A, B, C optie.
​
De basis van deze methodiek zit helemaal in de keuzebalk.
De pagina's die eronder hangen geven extra uitleg.
Je omschrijft elke stap en maakt dan een keus tussen A, B, C .
Als je klaar bent zou er sprake moeten zijn van 1 kleur in alle antwoorden.
Wanneer dit niet zo is heb je daar nog een extra patroon of je hebt het probleem nog niet kloppend geformuleerd. (Soms werk je aan het probleem van een ander.)
Je kunt meerdere keren terug of vooruit en je kunt altijd weer een nieuwe ronde maken.
​
De letter A staat voor naar buiten gerichte energie, focus
De letter B staat voor energie voor herstel en groei, verkennen
De letter C staat voor naar binnen gerichte energie, verbinden
​
Hier wordt dat gezien als natuurlijke biologische energierichtingen.
​
Voor energie naar buiten heb je concentratie nodig.
Voor groei moet je je oriënteren.
Voor naar binnen gerichte energie heb je verbinding nodig.
En elke letter heeft weer een andere behoefte waar je aan kunt werken als je de samenhang hebt.
​
Het rijen hierboven zijn op elkaar zijn afgestemd.
Een rij A, een rij B en een rij C.
Wijk je in je analyse hierbij af en kom je in een andere kleur dan moet ook die rij weer helemaal kloppen. Wanneer je 1 woord in een andere rij krijgt is er dus sprake van nog een extra patroon.
Deze heb je nog niet bewust.
​
​
..
Je doet dit zelf en voor jezelf maar mocht je het niet begrijpen of mijn hulp nodig hebben mag je me bellen.
0641340077