Uitvogelen
Een gestructureerde methode voor reflectie

Achterdochtig- Nieuwsgierig
.jpg)

Dissociatieve stijl van denken (C-laag)
Bij deze stijl richt je denken zich minder op actie en meer op afstand nemen, wantrouwen of berusting.
Typische gedachten en thema’s
-
Achterdocht: soms terecht, maar vaak een eigen gedachte die een nieuwe situatie of zelfs chaos oproept.
-
Kwetsen: de angst om iemand pijn te doen kan voortkomen uit twijfel over de veerkracht van de ander.
-
Betekenisvragen:
-
Wat betekent dit?
-
Waarom doen ze dat?
-
Wat denken ze van mij?
-
Zien ze iets aan mij? Horen ze dit?
-
-
Schuld & schaamte: bezoedeling, beschuldiging, “ik kom er niet mee weg, ze komen erachter.”
-
Onmacht: “Ik kan ze niet bereiken.”
-
Voorwaardelijk denken: “Als… dan…”
-
Vragen over de ander in plaats van over jezelf.
Houding en emotie
-
Onverschilligheid: “maakt mij niet uit” – niet te verwarren met echte onverschilligheid, maar vaak een beschermingslaag.
-
Hoop: zoeken naar houvast, soms in plaats van nieuwsgierigheid.
-
Geloof of overtuiging: kan nieuwsgierigheid dempen en vragen afsluiten.
👉 Reflectievraag:
Welke dissociatieve gedachte herken jij bij jezelf – en hoe beïnvloedt die je gevoel in dit probleem?
Dissociatieve stijl van denken (C-laag)
Bij deze stijl richt je denken zich vaak op twijfel, afstand nemen of voorwaardelijke redeneringen.
Typische gedachten en thema’s
-
Achterdocht: een gedachte die een nieuwe situatie of chaos kan oproepen.
-
Kwetsen: angst om een ander pijn te doen → twijfel aan de veerkracht van de ander.
-
Betekenisvragen: “Wat bedoelen ze? Wat denken ze van mij? Zien ze iets aan mij? Horen ze dit?”
-
Schuld & schaamte: “Ik kom er niet mee weg, ze komen erachter.”
-
Onmacht: “Ik kan ze niet bereiken.”
-
Voorwaardelijk denken: “Als… dan…”
-
Onverschilligheid: een beschermende houding (“pff, maakt mij niet uit”).
-
Hoop en geloof: geven houvast, maar kunnen nieuwsgierigheid afremmen.
Misschien
Tot deze groep hoort ook het twijfelende tussenwoord:
“Je kunt van een nee geen ja maken, zonder een misschien ertussenin.”
Het misschien staat hier symbool voor de aarzeling en het zoeken naar zekerheid, die zo kenmerkend zijn voor deze denkstijl.
👉 Reflectievraag:
Waar zeg jij misschien, terwijl je eigenlijk naar een ja of nee verlangt?